Architectuur is ons vak, onze passie |
Fascinaties - In de wereld van de architectuur zijn vele manieren om het vak uit te oefenen. Eén ervan is het inzetten van fascinaties, om een ontwerp te verrijken. Gedachten van zowel de mensen binnen het bureau als van opdrachtgevers en externe mensen kunnen erg bruikbaar zijn. Ze kunnen de drager zijn van het ontwerp, en er een ongekend eigen gezicht aan meegeven. Schijnbare eenvoud - Iedereen kan een
gebouw bedenken! Iedereen kan een paar ruimten bij elkaar schuiven en er een muur omheen
trekken en een dak boven maken. Maar er is veel meer nodig om een echt architectonisch
ontwerp te maken. Dan hoeft het ook helemaal geen complex gebouw te worden. Eenvoud en
het gebruik van degelijke materialen zien wij als de dragers van een goed ontwerp. Het
gebouw moet eenvoud uitstralen, ondanks dat de totstandkoming van het ontwerp een complex
proces samengaan van strategieën is. Verbijzonderen door goed te luisteren - Het eerste ontwerpidee is geboren. En dan komt de belangrijke fase van de reacties. Wij denken dat een architect elke reactie op het ontwerp serieus moet nemen. Wij luisteren dan ook graag, en maken vervolgens een interpretatie. Wij proberen de bedoeling achter de soms banale reacties te achterhalen. Die verwerken wij weer in de volgende stap van het ontwerpproces. Door dit te herhalen ontstaat een steeds verdere verbijzondering die het ontwerpresultaat zowel esthetisch (visueel) als praktisch (in het gebruik) verbeteren. Extremeren van unieke eigenschappen - Een verdere manier om een gebouw een eigen impact te geven is overdrijven. Door typische eigenschappen of gegevens van locatie, opdrachtgever of omgeving in extreme zin op te nemen in het ontwerpproces. Wij noemen dit extremeren. Het is vaak de speerpunt van onze ontwerpen. Door dit extremeren ontstaat een boeiende geëngageerde interpretatie van doelstellingen binnen het project. |
Less is more (Ludwig Mies van der Rohe) - Een groot voorbeeld voor ons en voor veel van onze collega's is de architect Ludwig Mies van der Rohe. Zijn gebouwen dragen de kracht van de eenvoud uit. Het weglaten van het overbodige; minder is meer. Zijn gedachten sluiten bijna naadloos aan bij de 'schijnbare eenvoud', en zijn dan ook een belangrijke drager voor onze ontwerpen. Gebouwen met uitstraling - Een gebouw dat speciaal door een architect wordt ontworpen mag niet opgaan in de 'grijze' massa. Het is uniek in zijn soort, en moet ook als zodanig herkend kunnen worden. Het mag de omgeving niet overheersen, maar moet wel zijn eigen uitstraling tentoonspreiden. Bescheiden maar wel herkenbaar. Grijze massa is er tenslotte al genoeg. Opdrachtgever betrekken bij ontwerpproces -
De architect maakt een ontwerp en gaat daarmee naar zijn opdrachtgever. De schetsen van
plattegronden en aanzichten van gevels als wapens. De klant moet dan aan de hand van
een mondelinge uitleg maar begrijpen wat de architect bedoelt en hoe de gevels er straks
in werkelijkheid uit gaan zien. Een bijna onmogelijke opgave voor de meeste mensen.
Budgetbewaking - Al in het ontwerpproces ligt de kiem voor een (te) duur of juist een betaalbaar gebouw. Door tijdens dit proces goed de vinger aan de pols te houden ontstaat een betaalbaar gebouw. Een gebouw dat evengoed mooi, degelijk en praktisch kan zijn. |